In deze zaak gaat het om een man die van 2011 tot en met 2014 in loondienst werkzaam is bij een Nederlandse B.V. Hij werkt in die periode op de territoriale wateren van Frans-Guyana. Volgens het belastingverdrag tussen Frankrijk en Nederland is Frankrijk gerechtigd om de belasting over zijn genoten loon te heffen. De Nederlandse B.V. heeft echter loonheffingen over zijn salaris ingehouden. Dit leidt ertoe dat Nederland aftrek ter voorkoming van dubbele belasting dient te verlenen. Voor de berekening hiervan is het van belang hoeveel dagen de man in Frans-Guyana heeft gewerkt. De inspecteur is daarbij van mening dat de reisdagen van de man als halve werkdagen meetellen. De man is het hier niet mee eens.
Uit onderzoek van de Rechtbank blijkt dat de man op zijn reisdagen aankomt op of vertrekt van Frans-Guyana. Dit wil dus ook zeggen dat hij op die dagen werkt. Deze dagen worden ook doorbetaald door zijn werkgever. De reisdagen moeten volgens de Rechtbank daarom gewoon als werkdagen meegenomen worden in de berekening van de aftrek ter voorkoming van dubbele belasting.
Bron: Rechtbank Noord-Holland 19 februari 2019.