Al meerdere keren is dit onderwerp aan de orde gekomen. België kent regels op basis waarvan de rente die ontvangen wordt op een spaarrekening is vrijgesteld van roerende voorheffing (in 2019 tot € 980). In principe geldt die vrijstelling niet alleen voor Belgische rekeningen, maar ook voor rente die inwoners van België op buitenlandse spaarrekeningen ontvangen. Als daar tenminste gelijkaardige criteria gelden als in België. Maar in de praktijk staat de Belgische belastingdienst bijna nooit een vrijstelling toe voor de buitenlandse inkomsten, bij gebrek aan bewijs dat de buitenlandse rekeningen aan de voorwaarden voldoen.
Al twee keer – in 2013 en 2017- is België hiervoor veroordeeld door het Europese Hof van Justitie. Het Hof heeft geoordeeld dat dit verschil in behandeling de vrije dienstverlening van buitenlandse banken voor Belgische klanten belemmert. Het arrest van 2017 is er gekomen na een prejudiciële vraag van de Rechtbank van Brugge. In deze procedure wil een echtpaar de vrijstelling ook gebruiken voor vijf rekeningen buiten België. Na het arrest van het Europese Hof heeft de Rechtbank niet anders kunnen beslissen dan de Belgische fiscus te veroordelen, het echtpaar heeft recht op een vrijstelling voor de intresten op hun buitenlandse rekeningen. Vorig jaar heeft Rechtbank Antwerpen overigens al een gelijksoortige uitspraak gedaan.
Na het eerste arrest van het Europese Hof van Justitie heeft België haar wetgeving aangepast. Het arrest van 2017 heeft duidelijk gemaakt dat deze wetswijziging niet voldoende is geweest. Op dit moment is het nog stil op het wetgevingsfront. Sterker nog, een woordvoerster van de Federale Overheidsdienst Financiën, heeft in een reactie aangegeven dat de Belgische belastingdienst de mogelijkheid onderzoekt om in beroep te gaan tegen het de uitspraak van de Rechtbank Brugge.
Bron: Rechtbank Brugge 8 januari 2019.